Tijdens de les worden kleuters in kleine groepjes verdeeld en begeleid door vaste ‘hulpjuffen’. Ze oefenen met letters, tellen en het benoemen van plaatjes. Door herhaling en interactie raken de kinderen vertrouwd met de Nederlandse taal. De aanpak is gericht op het uitbreiden van de woordenschat zonder kinderen direct te corrigeren; in plaats daarvan geven de studenten voorbeeldzinnen met correct taalgebruik.

Het project, gestart door hoogleraar Judi Mesman van de Universiteit Leiden, laat studenten praktijkervaring opdoen binnen het onderwijs. Zij lopen stage van in totaal 280 uur en begeleiden kleuters uit groep 2 meerdere ochtenden per week. Een van de studenten vertelt dat zij sinds december elke week actief is in de klas en kinderen helpt met opdrachten die binnen het reguliere curriculum vallen. Door te werken met een vaste groep kleuters bouwen zij een vertrouwensband op.

 

De studenten ondersteunen niet alleen de kleuters, maar helpen ook de leerkrachten. Door hun aanwezigheid hebben leraren meer ruimte om individuele aandacht te geven aan kinderen die daar behoefte aan hebben, bijvoorbeeld omdat ze teruggetrokken zijn of extra ondersteuning nodig hebben.

De studenten worden intensief begeleid tijdens hun stage. Elke ochtend wordt afgerond met een intervisiemoment, waarin studenten onderling ervaringen uitwisselen en reflecteren op hun handelen. Ook is er ruime aandacht voor het toepassen van theorie in de praktijk. De school wil hiermee studenten beter voorbereiden op een loopbaan in bijvoorbeeld de orthopedagogiek, waar ze met vergelijkbare uitdagingen te maken kunnen krijgen.

 

Studenten geven aan dat het werken met deze diverse en kwetsbare doelgroep leerzaam is. De school biedt volgens hen een laagdrempelige en waardevolle praktijkervaring waarin zij hun vaardigheden kunnen ontwikkelen en verfijnen.

Naast de winst voor studenten en leerlingen profiteren ook de docenten van het project. Doordat studenten vaste momenten met hun groepje werken, ontstaat er voor leraren ruimte om zich te richten op leerlingen die extra begeleiding nodig hebben. Zo draagt het project op meerdere niveaus bij aan een betere leeromgeving voor jonge kinderen met een taalachterstand.