Het Onderwijs-traineeship is in 2013 gestart als gezamenlijk initiatief van het Ministerie van OCW, de VO-raad, VSNU en de universitaire lerarenopleidingen. “Het is een leerwerktraject dat recent afgestudeerde academici in twee jaar opleidt tot eerstegraads docent in het voortgezet onderwijs in een vak waar een tekort aan leraren voor dreigt”, vertelt Fabiènne Hendricks. Hendricks is directielid van het Platform Bèta Techniek dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van Onderwijstraineeship.
Er is al veel over gezegd en geschreven: de professionalisering van leraren in het voortgezet onderwijs. Onlangs meldden minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker aan de Tweede Kamer dat een substantieel deel van de maximaal 1,2 miljard investering in het onderwijs de komende jaren wordt ingezet voor professionalisering van leraren. In het voortgezet onderwijs moet het aantal leraren met een hbo- of wo-master in 2020 gestegen zijn van 37% naar 50%. In de bovenbouw van het vwo moet dit percentage van 60% naar 80 à 85% stijgen. Het Onderwijstraineeship beoogt bij te dragen aan het bestrijden van het tekort aan academisch geschoolde docenten en de professionalisering van leraren.
“Onze Onderwijstrainees hebben een strenge selectie doorlopen en zijn recent afgestudeerd aan de universiteit in bètavakken maar bijvoorbeeld ook in economie of talen als Frans en Nederlands. Wat hen onderscheidt van reguliere LIO’s is dat ze vóór de start van het leerwerktraject al geselecteerd worden op hun didactische vaardigheden, motivatie, flexibiliteit, (emotionele) intelligentie en zelfkritisch vermogen. Dit is belangrijk, want na een korte introductieperiode met trainingen door gerenommeerde onderwijsadviesbureaus, gaan de Onderwijstrainees direct voor drie à vier dagen per week aan het werk op een middelbare school.”
Het Onderwijstraineeship biedt als onderdeel van het leerwerktraject ook een verdiepingsprogramma. Eén dagdeel per week behandelen de trainees in het eerste jaar thema’s als toetsontwikkeling, differentiatie en curriculumontwerp. In het tweede jaar kiezen de trainees één thema voor een verdiepingsproject. Hendricks: “Dit project voeren ze uit binnen hun eigen school. Zo krijgt de school naast een docent voor een vaak lastig op te vullen vacature een collega erbij die een expertise ontwikkelt in een actueel onderwijsthema. Huidige Onderwijstrainees helpen bijvoorbeeld met het ontwikkelen van eenduidig toetsbeleid voor hun school of bij het evalueren en verfijnen van excellentieprogramma’s”.
Het Onderwijstraineeship biedt dit jaar plaats aan ruim honderd trainees. De eerste ‘ronde’ is direct na de zomervakantie van start gegaan met bijna dertig afgestudeerde masterstudenten. Deze maand wordt een nieuwe groep Onderwijstrainees geselecteerd die na de kerstvakantie aan de slag zal gaan als docent. “Scholen die eerder een Onderwijstrainee in dienst namen, vertellen ons dat deze academici opvallen door een grote passie voor hun vak, hun doelgerichtheid en het feit dat ze over de grenzen van hun vak kijken. Ook horen we vaak dat ze bovengemiddeld bekwaam zijn op communicatief vlak”, vervolgt Hendricks.
Scholen die interesse hebben om een Onderwijstrainee aan te nemen, kunnen een schoolprofiel op de Onderwijstraineeship website plaatsen. “Op deze manier kunnen de geselecteerde trainees bij een school van hun keuze solliciteren. Pas op het moment dat een school een trainee na een sollicitatiegesprek besluit aan te nemen, is de school officieel verbonden aan het Onderwijstraineeship”, licht Hendricks toe. Ook goed om te weten: scholen ontvangen gedurende het traject een vergoeding vanuit de zij-instroomsubsidie voor de trainee(s).
Meer informatie over het Onderwijstraineeship? Klik hier.