Jongeren weten zelf vaak niet wat hun grenzen zijn en zijn onzeker over wat ze wel of niet moeten toestaan. Wanneer wordt seksueel gedrag grensoverschrijdend? Een specifiek probleem blijft dat van de 'loverboys'; pooiers die meisjes via verleidingstactieken inpalmen om hen op den duur in de prostitutie of in (andere) illegale activiteiten uit te buiten. Voor professionals in het onderwijs en de zorgsector vormt het herkennen van de misstanden en het begeleiden van deze jongeren een extra uitdaging.
Merel van Groningen was zelf ooit slachtoffer van een loverboy. Ze geeft tegenwoordig voorlichting op scholen en put daarbij uit haar eigen ervaringen. In 2008 verscheen Misleid, een boek waarin die ervaringen door Merel werden opgetekend. Een jaar later volgde In mijn onschuld, dat verhaalde over hoe Merel werd misbruikt door haar hulpverlener, nadat zij in een internaat onder toezicht was gesteld.
Dit jaar heeft Merel van Groningen in samenwerking met de educatieve uitgeverij Edu'Actief en de politie Rotterdam Rijnmond een compleet lespakket ontwikkeld over de loverboy-problematiek, waarin wordt ingestoken op zowel voorlichting als preventie. Met het Merel van Groningen-project ontdekken jongeren van 12 tot 16 jaar op een confronterende manier of zij zelf mogelijk risico lopen om slachtoffer worden van een loverboy.
Op woensdag 16 januari organiseert de Nationale Onderwijsgids een informatieavond over het Merel van Groningen Project voor onderwijs- en zorgprofessionals. Merel zal zelf die avond het project komen toelichten.
Volgens Merel pakt het project de kern van het probleem aan. “Jongeren krijgen een spiegel voorgehouden en kunnen daardoor inzicht krijgen in hun eigen doen en laten. Maar ze kunnen de kennis ook toepassen op hun omgeving”.
Voor Merel is het voorkomen dat jongeren slachtoffer worden van loverboys haar belangrijkste drijfveer. “Het is een fase in mijn leven geweest die me uiteindelijk sterker heeft gemaakt”, zo blikt ze terug op een moeilijke tijd. “Ik weet nu waar het misging. Met dat inzicht wil ik nu jongeren helpen”.
“Leerlingen schrikken vaak van wat ze te zien krijgen”, vertelt Merel over de reacties die ze krijgt op het project dat haar naam draagt. “Ze beseffen na het zien van de film dat het ze zelf ook kan overkomen, of iemand uit hun omgeving. Dan worden zelfs de giechelende meisjes en de stoere jongens even stil”.
De loverboy-problematiek kon een aantal jaren geleden nog op veel media-aandacht rekenen, maar die aandacht lijkt tegenwoordig wat afgenomen. Is de problematiek wellicht ook minder geworden? Volgens Merel wordt de problematiek juist vaak nog onderschat. “Schaamte en angst weerhouden slachtoffers om naar buiten te treden met hun verhaal. Daarnaast ontbreekt het nogal eens aan vertrouwen in het rechtssysteem”, aldus Merel. “Via het Merel van Groningen Project leren jongeren onder meer wat de politie voor ze kan betekenen en welke rechten ze hebben”.
Maar niet alleen jongeren hebben een helpende hand nodig volgens Merel. “Ik zou graag rechters en ministers willen uitnodigen en meenemen naar 'loverboy land', waar slachtoffers vaak niet gezien of gehoord worden. Het is een wereld die je alleen kunt begrijpen als je er geweest bent. De media schetsen vaak een beeld dat alleen bepaalde meisjes slachtoffer worden of dat er alleen alochtone loverboys bestaan. Dat beeld klopt niet”, zegt Merel van Groningen.
“Er is maar één manier om uit de greep van een loverboy te komen en dat leren we ze via het project”, besluit Merel.
De informatieavond over het Merel van Groningen Project is gratis toegankelijk. Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden via deze link.
© Nationale Onderwijsgids / Arend Jan Wonink