Luizen pluizen, voorlezen, klassenouder, overblijfmoeder- of vader, lid van de kerstcommissie. Ouders hielpen in 2019 gemiddeld 2,5 uur per maand op de basisschool van hun kind. Onderzoek uit 2021 laat zien dat dat is teruggelopen. “Vooral ouders met kinderen in de onderbouw missen dat contact.”
Sportdag, de avondvierdaagse, bezoek aan het theater of de kinderboerderij, op schoolreisje, moeder Jungja Wijma (40) zit in de activiteitencommissie van de school van haar dochter. Toen haar dochter in groep één zat, hielp Wijma bij veel van de verschillende activiteiten op school. Maar de afgelopen twee jaar werden vrijwel alle activiteiten geschrapt. “Misschien hebben wij ouders daar wel meer last van dan de kinderen. Ik vind dat in elk geval heel jammer.”
Sinds de nieuwe coronarichtlijnen zijn ingevoerd, komt Wijma vooral nog op school buiten de reguliere lestijden. “Bijvoorbeeld om de school te versieren voor sinterklaas of kerst.” Maar ook daar geniet Wijma van. “Als we binnen komen zijn de gangen nog kaal, maar als we weggaan is het overal heel gezellig. Dat is leuk om te zien.” Naast de activiteitencommissie is Wijma secretaris van de Ouder Raad. Daarbij houdt ze zich bezig met het organiseren van de jaarvergaderingen, het opstellen van het jaarverslag, incasseren van de ouderbijdrage en het evalueren van activiteiten. Gemiddeld is Wijma drie uur per maand actief op school. “Daarnaast werk ik 32 uur, maar omdat de vergaderingen vaak ’s avonds zijn en de activiteiten meestal op vrijdag, mijn vrije dag, is dat goed te combineren.”
Hulp ouders belangrijk voor de school
Het merendeel van de ouders helpt graag op de basisschool van hun kind. Maar voor wie doen ze dat eigenlijk? Die ouderparticipatie is vooral belangrijk voor de school, zegt thema-adviseur Arline Spierenburg van Ouders & Onderwijs. “Daarmee haalt de school extra handen binnen.” Uit verschillende onderzoeken blijkt dat de hulp van vader of moeder niet persé bijdraagt aan de ontwikkeling van het kind. ,,Al is het wel zo dat ouders die vaker op school zijn ook makkelijker contact maken met de leerkracht en eventuele problemen van hun kind eerder bespreken”, zegt Spierenburg.
Ouders zijn vooral actief op school omdat ze de school een warm hart toe dragen. “En meestal vinden ze hetook gewoon leuk”, zegt Spierenburg.
Bijna driekwart van de ouders (71 procent) vindt het dan ook goed dat scholen om hun hulp vragen. Dat blijkt uit het jaarlijkse onderzoek Staat van de Ouder 2021 van Ouders & Onderwijs onder ruim duizend ouders. Door corona nam de participatie van ouders vorig schooljaar wel flink af. Voor corona las een op de vier ouders voor op de basisschool van hun kind. Vorig jaar was dat een op de acht ouders. Ook de hulp bij luizen pluizen, evenementen, schooluitjes en optredens nam af (zie tabel). “De fysieke aanwezigheid van ouders op school is flink verminderd”, zegt Spierenburg. “Vooral ouders met kinderen in de onderbouw missen dat contact. Even nog de klas in bij het brengen, kort contact met de leerkracht als er thuis iets is gebeurd.”
Minder goede relatie met school
Corona heeft ook impact in hoe ouders de school van hun kind waarderen. Voor corona had 78 procent van de ouders een goede tot zeer goede relatie met de basisschool van hun kind. Vorig jaar was dat nog 64 procent. Dat komt vooral omdat persoonlijk contact ingewikkelder is geworden, wat de communicatie bemoeilijkt. “Spijtig”, vindt Spierenburg. “Een goede relatie met de school is juist wel belangrijk voor de ontwikkeling van het kind. Bijvoorbeeld voor het onderlinge contact met de leerkracht en het doorgeven van eventuele problemen.” Een goede relatie is daarnaast een eerste stap naar ouderparticipatie. “Als de band met de school goed is, zijn ouders eerder geneigd om een stapje extra te doen.”
Kijkje in de klas
Moeder Jungja Wijma vindt het vooral fijn dat ze door actief te zijn meer mee krijgt van de schooldagen van haar dochter. “Zeker met corona kom je als ouder bijna nooit meer de klas in. Ouders zetten hun kind af bij het hek en vertrekken weer. Nu krijg ik beter mee wat er speelt in de klas, wie haar klasgenootjes zijn en hoe mijn dochter het op school heeft.” Daarnaast vindt Wijma het belangrijk dat door haar hulp en die van andere ouders kinderen een gezellige, versierde school hebben of -buiten corona- activiteiten kunnen ondernemen. Ook haar dochter vindt het fijn haar moeder regelmatig op school te zien. “Dan vertelt ze in de klas dat haar mama vandaag helpt. Soms mag ze van de juf dan even de klas uit om mee te helpen met versieren. Dat vindt ze helemaal fantastisch.”
Vader Rien Erades zit sinds 2,5 jaar in de medezeggenschapsraad (MR) van PI-school de Brug voor speciaal onderwijs. “Per maand ben ik daar ongeveer zes uur mee bezig”, zegt hij. Daarnaast houdt hij ook de website van de school in de gaten. “Ik heb een ICT-bedrijf dus help ik de school ook met ICT-dingen.” In tegenstelling tot het regulier onderwijs wordt op PI-school de Brug zo min mogelijk de hulp van ouders ingeroepen bij activiteiten. “Voor de kinderen is het belangrijk om de rust te bewaren, daarom komen ouders zo min mogelijk de school binnen en zien kinderen daardoor steeds dezelfde gezichten van de leerkrachten.”
Actief betrokken door de MR
Door lid te zijn van de MR is Erades toch actief betrokken bij de school van zijn zoon (9) en dochter (7). “Dat vind ik belangrijk, want mijn kinderen zitten nog jaren op deze school. Ik wil weten hoe bepaalde zaken geregeld worden. Hoe gaan ze bijvoorbeeld om met uitval van leerkrachten of met corona.” Andersom is de MR ook belangrijk om signalen van de ouders aan de leerkrachten over te brengen. “De school heeft bijvoorbeeld een app waarmee gecommuniceerd wordt met de ouders”, zegt Erades. “Met die app is het mogelijk om op vier manieren berichten te sturen. Iedere leerkracht deed dat op een andere manier wat voor verwarring zorgde.” Erades kaartte dat aan. “Nu communiceren alle leerkrachten op dezelfde manier en de ouders lezen de berichten nu veel beter.”
Het contact met de leerkrachten van zijn kinderen is goed. “De lijntjes zijn kort, maar dat komt niet alleen omdat ik in de MR zit. De klassen in het speciaal onderwijs zijn klein, twaalf kinderen per klas. Daardoor is het contact met de juf of meester vaak nauwer dan op een reguliere school.” Erades vindt het vooral belangrijk om de school van zijn kinderen te helpen. Toen zijn kinderen nog op het reguliere onderwijs zaten, was zijn vrouw klassenouder. “Toen lag regelmatig de badkuip vol met speelgoed van school om schoon te maken, of zamelden we speelgoed in. Wij zijn graag behulpzaam. Dat moet ook een beetje in je zitten.”
Bron: Staat van de Ouder 2021, Ouders & Onderwijs
Activiteit | Voor corona | Tijdens corona |
Klasse ouder | 13 procent | 8 procent |
Luizencontrole | 16 procent | 10 procent |
Voorlezen | 24 procent | 12 procent |
Evenementen | 36 procent | 20 procent |
Schooluitjes | 39 procent | 21 procent |
Optredens | 37 procent | 27 procent |
Door: Nationale Onderwijsgids / Marjolein Kooyman